levenscyclus van een huis

Vanwege de slechte woonsituatie besluit een gezin om een huis te bouwen. Zoals altijd neemt de vurige Ram het initiatief. Met Ram wordt het huis als een idee geboren. Gelukkig komt na Ram stier; anders zou het plan in rook opgaan. Stier maakt de onbesuisde plannen van Ram concreet. Bij de realisatie komen de eerste moeilijkheden. Een locatie vinden is niet zo makkelijk. Een woud aan regels doet de moed in de schoenen zinken en de kosten dreigen al snel de pan uit te rijzen. Moeten ze er wel aan beginnen? Stier maakt alles af waaraan zij begint. Met haar standvastigheid laat zij zich door niemand gek maken. Zij regelt de financiering en stelt de bouwplaats vast. De grond wordt aangekocht en bouwrijp gemaakt. Ram gaf het startschot en Stier legt het solide fundament. Stier is de fase van de materie. In een steenfabriek worden de bakstenen gemaakt, in een houtdistributiecentrum liggen de houten delen, enz. Er is nu alleen nog een ontwerp nodig. In Tweelingen komt er een nieuwe partij; de architect. Tweelingen voegt informatie toe aan de materie van Stier. Dankzij het plan (informatie) van de architect kan een aannemer aan de slag. Bouwstoffen, halffabricaten en materialen uit de omgeving worden aangevoerd en handig aan elkaar gezet. De communicatieve Tweelingen voert overleg met de gemeentelijke instanties, energiebedrijven en de omwonenden. Bouwplannen kunnen nog wijzigen door onvoorziene zaken. Tweelingen reageert hier flexibel op. Als het huis wind- en waterdicht is gaat Kreeft het gezellig maken. Met de stoffering komt de sfeer (Kreeft) er in. Als het huis af is, is de dag aangebroken voor de verhuizing en de inrichting. Kreeft bezielt het huis.

Dan breekt er een nieuwe fase aan. De bouw is klaar. Leeuw pakt natuurlijk meteen groots uit. Hij geeft een feest ter ere van het nieuwe huis. De bewoners zijn trots op hun nieuwe bezit. Dit mooie huis mag nu natuurlijk niet verloederen. Maagd gaat het huis schoonmaken en onderhouden. Het plan van de architect blijkt in de praktijk niet optimaal. Elk nieuw gebouw heeft kinderziektes. Maagd gaat de boel ordenen en perfectioneren. De inrichting wordt afgestemd op de eisen van alledag. Na de gezinsuitbreiding richt Maagd de ruimtes efficiënt in. Na het nuttige werk van Maagd breekt er in Weegschaal een lange tijd van evenwicht aan. Na een paar decennia gaat de nieuwigheid van het huis eraf en komt het in harmonie met haar omgeving. De bewoners zijn nu volledig tevreden over hun huis. Ook de tuin is in deze fase volgroeid. Het gezin wordt steeds welvarender. Het zou mooi zijn om een garage, serre en extra studeerkamer aan te leggen. Het probleem is dat er geen plaats voor is. In Weegschaal is alles in evenwicht en Maagd had alle ruimtes geoptimaliseerd. Het gezin moet nu een grote knoop doorhakken. Verhuizen? Weegschaal blijft natuurlijk wikken en wegen en Schorpioen neemt een vastberaden beslissing. Het is tijd voor een grondige renovatie. Schorpioen transformeert de ziel van Kreeft. Een deel van het huis wordt gesloopt en de rest wordt grondig verbouwd. De bewoners zitten een tijdje in de rotzooi.

Na de renovatie ziet Boogschutter weer het licht. De Schorpioenfase was pijnlijk maar nodig. Boogschutter ziet het hogere doel. Het moet groot, groter, grootst. Boogschutter pakt groots uit met een nieuwe garage, keuken, dakkapel en serre. In de tuin worden een paar bomen gekapt. Alles bij elkaar wordt het een stuk ruimer en lichter. De zon schijnt weer in de kamers. Het gerenoveerde huis is completer en rijper. In de straat is het een inspirerend voorbeeld geworden voor andere huiseigenaren. En dan na vele jaren komt die begerenswaardige fase: de plechtstatige Steenbok. Eindelijk krijgt het huis het monumentaal karakter. Omdat Steenbok taai is, kan deze fase lang duren. Toch slijt het huis langzaam ondanks de regelmatige onderhoudsbeurten. Steenbok vecht tegen de dood. Het onderhoud wordt nu steeds belangrijker om het huis in conditie te houden. Uiteindelijk verhuist ons gezin (of de erfgenamen) waarmee de ziel van Kreeft het huis verlaat. Op het eind van Steenbok gaat het huis dood. Een nieuwe eigenaar begint het huis al te slopen. De rebelse Waterman pikt dit niet. Een groep krakers verzet zich tegen de sloop en neemt bezit van het leegstaande huis. Ze verven het in felle kleuren waardoor het als een vreemde vogel in de straat komt te staan. De krakers maken plannen: ze willen er een jeugdcentrum van maken samen met de twee naastliggende panden. Waterman maakt plannen voor een betere toekomst. Het jeugdcentrum wordt een belangrijk centrum voor de leefbaarheid van de buurt. Als in de Vissenfase ook het jeugdcentrum is opgedoekt blijft alleen nog een oude conciërge het vervallen pand bewonen. Het dak lekt, de verf bladdert af en de fundering rot weg. Langzaam worden de bouwstenen weer opgenomen in de aarde zodat Ram weer kan beginnen met een nieuwe cyclus.

Jeroen Visbeek, maart 2005